Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Deutsch ->Suche: doelpunt

Niederländische und deutsche Suchergebnisse für: doelpunt

Übersicht

Niederländisch nach Deutsch: mehr Daten

doelpunt:
- Tor; Treffer
Wiktionary:
- doelpunt → Tor, Punkt

Niederländisch

Detailübersetzungen für doelpunt (Niederländisch) ins Deutsch

doelpunt:

doelpunt [het ~] Nomen

het doelpunt (goal; treffer)
Tor; der Treffer
- Tor [das ~] Nomen
- Treffer [der ~] Nomen

Übersetzung Matrix für doelpunt:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
Tor	doelpunt; goal; treffer	achterlijke; doeltrap; dolleman; dommerik; dwaas; geesteszieke; gek; grote deur; hofnar; idioot; imbeciel; krankzinnige; mallerd; malloot; nar; onbenul; onnozelaar; onnozele kerel; pias; poort; simpele ziel; toegangspoort; waanzinnige; zot; zottin
Treffer	doelpunt; goal; treffer	bestseller; gelukje; hit; succes; successtuk; tref; treffer

Verwandte Wörter für "doelpunt":

doelpunten

Wiktionary Übersetzungen für doelpunt:

Cross Translation:

From	To	Via
• doelpunt	→ Tor	↔ goal — (sport) act of placing the object into the goal
• doelpunt	→ Tor	↔ goal — point(s) scored
• doelpunt	→ Punkt	↔ point — unit of scoring in a game or competition

Computerübersetzung von Drittern: