Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Deutsch ->Suche: onfeilbaar

Niederländische und deutsche Suchergebnisse für: onfeilbaar

Übersicht

Niederländisch nach Deutsch: mehr Daten

onfeilbaar:
- sicher; fehlerlos; unfehlbar
Wiktionary:
- onfeilbaar → unfehlbar
- onfeilbaar → unfehlbar

Niederländisch

Detailübersetzungen für onfeilbaar (Niederländisch) ins Deutsch

onfeilbaar:

onfeilbaar Adjektiv

onfeilbaar
sicher; fehlerlos; unfehlbar
- sicher Adjektiv
- fehlerlos Adjektiv
- unfehlbar Adjektiv

Übersetzung Matrix für onfeilbaar:

Modifier	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
fehlerlos	onfeilbaar	feilloos; foutloos; loepzuiver; perfect; volmaakt; zuiver
sicher	onfeilbaar	absoluut; accuraat; assertief; bepaald; beslist; besluitvaardig; duidelijk; echt; een zekere; feitelijk; ferm; fiks; flagrant; flink; gedecideerd; geheid; gewis; heel zeker; herkenbaar; heus; jazeker; kordaat; nauwgezet; nauwkeurig; nauwlettend; net; ongetwijfeld; onmiskenbaar; onwankelbaar; onwrikbaar; op heterdaad; overduidelijk; pal; precies; resoluut; reëel; ronduit; secuur; standvastig; stellig; stevig; stipt; vast; vast en zeker; vastberaden; vastbesloten; vasthoudend; veilig; volhardend; voorzeker; waarachtig; waarlijk; wel degelijk; welzeker; zeker; zelfbewust; zelfverzekerd; zo klaar als een klontje; zonneklaar; zorgvuldig
unfehlbar	onfeilbaar	feilloos; foutloos; zuiver

Verwandte Wörter für "onfeilbaar":

onfeilbaarheid, onfeilbare

Wiktionary Übersetzungen für onfeilbaar:

onfeilbaar

adjective

keine Fehler machend, sich nie irrend; in seinen Entscheidungen und Urteilen keinem Fehler oder Irrtum unterworfen
- unfehlbar → onfeilbaar

Cross Translation:

From	To	Via
• onfeilbaar	→ unfehlbar	↔ infallible — without fault or weakness; incapable of error or fallacy