Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. afreageren:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für afreageren (Niederländisch) ins Deutsch

afreageren:

afreageren Verb (reageer af, reageert af, reageerde af, reageerden af, afgereageerd)

  1. afreageren (luchten)
    auslassen; abreagieren
    • auslassen Verb (lasse aus, läßt aus, ließt aus, ausgelassen)
    • abreagieren Verb (reagiere ab, reagierst ab, reagiert ab, reagierte ab, reagiertet ab, abreagiert)

Konjugationen für afreageren:

o.t.t.
  1. reageer af
  2. reageert af
  3. reageert af
  4. reageren af
  5. reageren af
  6. reageren af
o.v.t.
  1. reageerde af
  2. reageerde af
  3. reageerde af
  4. reageerden af
  5. reageerden af
  6. reageerden af
v.t.t.
  1. heb afgereageerd
  2. hebt afgereageerd
  3. heeft afgereageerd
  4. hebben afgereageerd
  5. hebben afgereageerd
  6. hebben afgereageerd
v.v.t.
  1. had afgereageerd
  2. had afgereageerd
  3. had afgereageerd
  4. hadden afgereageerd
  5. hadden afgereageerd
  6. hadden afgereageerd
o.t.t.t.
  1. zal afreageren
  2. zult afreageren
  3. zal afreageren
  4. zullen afreageren
  5. zullen afreageren
  6. zullen afreageren
o.v.t.t.
  1. zou afreageren
  2. zou afreageren
  3. zou afreageren
  4. zouden afreageren
  5. zouden afreageren
  6. zouden afreageren
diversen
  1. reageer af!
  2. reageert af!
  3. afgereageerd
  4. afreagerende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für afreageren:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
abreagieren afreageren; luchten
auslassen afreageren; luchten minder stijf worden; overslaan; weglaten; wegsmelten

Wiktionary Übersetzungen für afreageren:


Cross Translation:
FromToVia
afreageren abreagieren abreact — eliminate previously repressed emotions