Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Deutsch ->Suche: aantrappen

Niederländische und deutsche Suchergebnisse für: aantrappen

Übersicht

Niederländisch nach Deutsch: mehr Daten

aantrappen:
- Wiktionary:
  aantrappen → antreten, stampfen

Niederländisch

Detailübersetzungen für aantrappen (Niederländisch) ins Deutsch

aantrappen: ^{(*Wort und Satz getrennt)}

aan: an; auf
trappen: treten; stoßen; hauen; ausschlagen
trap: Abschnitt; Treppe; Sprosse; Aufgang; Fußtritt; Abtritt; Eingangstreppe; Stoß; Trap; Treppenlauf

Spelling Suggestions for: aantrappen

trappen; aantraden; aantippen; aanpappen; aftrappen; aantroffen; aantrokken; aantrekken; aantreden; aankloppen

Wiktionary Übersetzungen für aantrappen:

aantrappen

verb

met een trapbeweging starten
- aantrappen → antreten
aanstampen
- aantrappen → stampfen

Computerübersetzung von Drittern: