Deutsch
Detailübersetzungen für [wandelende (Deutsch) ins Niederländisch
[wandelende: (*Wort und Satz getrennt)
- Wand: muur; heining; wand; kamerwand
- elende: ellendige
- Elende: ellendes
- Wandel: verandering; wijziging; keer; omslag; ommekeer; kentering; omkeer; ommezwaai; ombuiging
- Ende: einde; slot; sluiting; beëindiging; eind; ontknoping; resultaat; uitkomst; afloop; uiteinde; end; rimpel; gezichtsrimpel
- Wände: muren; wanden; rotswanden
- Lende: lende
- winden: draaien; ronddraaien; kolken; hijsen; wrikken; ophijsen; zich wringen; worstelen; kringelen; in kringetjes ronddraaien; met iemand worstelen