Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. langskomen:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für langskomen (Niederländisch) ins Deutsch

langskomen:

langskomen Verb (kom langs, komt langs, kwam langs, kwamen langs, langsgekomen)

  1. langskomen (op bezoek komen; bezoeken; voorbijkomen; )
    besuchen; vorbeikommen
    • besuchen Verb (besuche, besuchst, besucht, besuchte, besuchtet, besucht)
    • vorbeikommen Verb (komme vorbei, kommst vorbei, kommt vorbei, kam vorbei, kamt vorbei, verbeigekommen)
  2. langskomen (op visite gaan; bezoeken; voorbijkomen; )
    besuchen; auf Besuch gehen; vorbeikommen; aufsuchen; vorüberkommen
    • besuchen Verb (besuche, besuchst, besucht, besuchte, besuchtet, besucht)
    • vorbeikommen Verb (komme vorbei, kommst vorbei, kommt vorbei, kam vorbei, kamt vorbei, verbeigekommen)
    • aufsuchen Verb (suche auf, suchst auf, sucht auf, suchte auf, suchtet auf, aufgesucht)
    • vorüberkommen Verb (komme vorüber, kommst vorüber, kommt vorüber, kam vorüber, kamet vorüber, vorübergekommen)

Konjugationen für langskomen:

o.t.t.
  1. kom langs
  2. komt langs
  3. komt langs
  4. komen langs
  5. komen langs
  6. komen langs
o.v.t.
  1. kwam langs
  2. kwam langs
  3. kwam langs
  4. kwamen langs
  5. kwamen langs
  6. kwamen langs
v.t.t.
  1. ben langsgekomen
  2. bent langsgekomen
  3. is langsgekomen
  4. zijn langsgekomen
  5. zijn langsgekomen
  6. zijn langsgekomen
v.v.t.
  1. was langsgekomen
  2. was langsgekomen
  3. was langsgekomen
  4. waren langsgekomen
  5. waren langsgekomen
  6. waren langsgekomen
o.t.t.t.
  1. zal langskomen
  2. zult langskomen
  3. zal langskomen
  4. zullen langskomen
  5. zullen langskomen
  6. zullen langskomen
o.v.t.t.
  1. zou langskomen
  2. zou langskomen
  3. zou langskomen
  4. zouden langskomen
  5. zouden langskomen
  6. zouden langskomen
diversen
  1. kom langs!
  2. komt langs!
  3. langsgekomen
  4. langskomend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für langskomen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
auf Besuch gehen aankomen; bezoeken; iemand opzoeken; langsgaan; langskomen; op visite gaan; voorbijkomen
aufsuchen aankomen; bezoeken; iemand opzoeken; langsgaan; langskomen; op visite gaan; voorbijkomen naslaan; opzoeken
besuchen aankomen; bezoeken; iemand opzoeken; inlopen; langsgaan; langskomen; op bezoek komen; op visite gaan; opzoeken; voorbijkomen
vorbeikommen aankomen; bezoeken; iemand opzoeken; inlopen; langsgaan; langskomen; op bezoek komen; op visite gaan; opzoeken; voorbijkomen binnenwippen; overwippen
vorüberkommen aankomen; bezoeken; iemand opzoeken; langsgaan; langskomen; op visite gaan; voorbijkomen

Wiktionary Übersetzungen für langskomen:

langskomen
verb
  1. voorbijgaan
  2. langsgaan, op bezoek komen

Verwandte Übersetzungen für langskomen