Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. hechtenis:
  2. Wiktionary:
    • hechtenis → Haft


Niederländisch

Detailübersetzungen für hechtenis (Niederländisch) ins Deutsch

hechtenis:

hechtenis [de ~ (v)] Nomen

  1. de hechtenis (gevangenisstraf; boete; straf; celstraf)
    die Gefängnisstrafe; die Haft; die Freiheitsstrafe
  2. de hechtenis (gevangenhouding; detentie; opsluiting)
    der Freiheitsentzug; die Gefangenschaft; die Haft; der Gewahrsam; die Freiheitsstrafe; die Gefängnisstrafe
  3. de hechtenis (gevangenschap; detentie; opgesloten zijn)
    die Gefangenschaft; die Haftstrafe; die Freiheitsstrafe; die Gefangenhaltung; die Gefängnisstrafe

Übersetzung Matrix für hechtenis:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Freiheitsentzug detentie; gevangenhouding; hechtenis; opsluiting gevangen zetten; opsluiting
Freiheitsstrafe boete; celstraf; detentie; gevangenhouding; gevangenisstraf; gevangenschap; hechtenis; opgesloten zijn; opsluiting; straf vrijheidsstraf
Gefangenhaltung detentie; gevangenschap; hechtenis; opgesloten zijn celstraf; detentie
Gefangenschaft detentie; gevangenhouding; gevangenschap; hechtenis; opgesloten zijn; opsluiting celstraf; detentie; internering
Gefängnisstrafe boete; celstraf; detentie; gevangenhouding; gevangenisstraf; gevangenschap; hechtenis; opgesloten zijn; opsluiting; straf gevangenisstraf; tuchthuisstraf
Gewahrsam detentie; gevangenhouding; hechtenis; opsluiting
Haft boete; celstraf; detentie; gevangenhouding; gevangenisstraf; hechtenis; opsluiting; straf celstraf; detentie; internering
Haftstrafe detentie; gevangenschap; hechtenis; opgesloten zijn vrijheidsstraf

Verwandte Definitionen für "hechtenis":

  1. gevangenisstraf1
    • hij is veroordeeld tot drie maanden hechtenis1

Wiktionary Übersetzungen für hechtenis:


Cross Translation:
FromToVia
hechtenis Haft détention — : fait de détenir

Verwandte Übersetzungen für hechtenis