Französisch
Detailübersetzungen für faire explosion (Französisch) ins Niederländisch
faire explosion:
-
faire explosion (exploser; crever; péter; éclater; fendre; se fendre; exploder; se fêler; se fissurer; crevasser; se gercer; éclater en morceaux)
ontploffen; uit elkaar spatten; springen; uit elkaar springen; ploffen-
uit elkaar springen Verb (spring uit elkaar, springt uit elkaar, sprong uit elkaar, sprongen uit elkaar, uit elkaar gesprongen)