Home ->Wörterbücher ->Französisch/Niederländisch ->Suche: congelé

Französische und niederländische Suchergebnisse für: congelé

Übersicht

Französisch nach Niederländisch: mehr Daten

congelé:
- bevroren; ingevroren
- bevrorene; ingevrorene; opzettelijk bevrorene
congeler:
- bevriezen; tot ijs worden; invriezen; laten bevriezen; doen stollen
Wiktionary:
- congelé → bevroren
- congeler → bevriezen, invriezen
- congeler → bevriezen, invriezen, vriezen

Französisch

Detailübersetzungen für congelé (Französisch) ins Niederländisch

congelé:

congelé Adjektiv

congelé (gelé)
bevroren
- bevroren Adjektiv
congelé
ingevroren
- ingevroren Adjektiv

congelé [le ~] Nomen

le congelé
bevrorene
- bevrorene [znw.] Nomen
le congelé
ingevrorene; opzettelijk bevrorene
- ingevrorene [znw.] Nomen
- opzettelijk bevrorene [znw.] Nomen

Übersetzung Matrix für congelé:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
bevrorene	congelé
ingevrorene	congelé
opzettelijk bevrorene	congelé
Adjective	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
bevroren	congelé; gelé
Modifier	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
ingevroren	congelé

Wiktionary Übersetzungen für congelé:

Cross Translation:

From	To	Via
• congelé	→ bevroren	↔ frozen — in the state of that which freezes

congeler:

congeler Verb (congèle, congèles, congelons, congelez, congèlent, congelais, congelait, congelions, congeliez, congelaient, congelai, congelas, congela, congelâmes, congelâtes, congelèrent, congèlerai, congèleras, congèlera, congèlerons, congèlerez, congèleront)

congeler (geler)
bevriezen; tot ijs worden
- bevriezen Verb (bevries, bevriest, bevroor, bevroren, bevroren)
- tot ijs worden Verb
congeler (surgeler; geler)
invriezen; laten bevriezen
- invriezen Verb (vries in, vriest in, vroor in, vroren in, ingevroren)
- laten bevriezen Verb
congeler (coaguler; faire glacer)
doen stollen
- doen stollen Verb

Konjugationen für congeler:

Présent

congèle
congèles
congèle
congelons
congelez
congèlent

imparfait

congelais
congelais
congelait
congelions
congeliez
congelaient

passé simple

congelai
congelas
congela
congelâmes
congelâtes
congelèrent

futur simple

congèlerai
congèleras
congèlera
congèlerons
congèlerez
congèleront

subjonctif présent

que je congèle
que tu congèles
qu'il congèle
que nous congelions
que vous congeliez
qu'ils congèlent

conditionnel présent

congèlerais
congèlerais
congèlerait
congèlerions
congèleriez
congèleraient

passé composé

ai congelé
as congelé
a congelé
avons congelé
avez congelé
ont congelé

divers

congèle!
congelez!
congelons!
congelé
congelant

1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

Übersetzung Matrix für congeler:

Verb	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
bevriezen	congeler; geler
doen stollen	coaguler; congeler; faire glacer
invriezen	congeler; geler; surgeler	congélation
laten bevriezen	congeler; geler; surgeler
tot ijs worden	congeler; geler

Synonyms for "congeler":

coaguler; cailler; figer; solidifier; grumeler; geler; frigorifier; épaissir; condenser; frapper; glacer; réfrigérer; refroidir; surgeler; concréter; consolider; durcir; raffermir; renforcer

Wiktionary Übersetzungen für congeler:

congeler

verb

Devenir solide (1, 2)
- congeler → bevriezen

congeler

verb

door afkoeling in vaste toestand komen
- bevriezen → congeler
(overgankelijk) voor langdurige bewaring op een zeer lage temperatuur (ca. -20 ^oC) brengen
- invriezen → congeler

Cross Translation:

From	To	Via
• congeler	→ bevriezen; invriezen; vriezen	↔ freeze — lower something's temperature to freezing point
• congeler	→ bevriezen	↔ einfrieren — Hilfsverb haben: durch Absenken der Temperatur unter den Gefrierpunkt haltbar machen
• congeler	→ bevriezen	↔ gefrieren — (intransitiv) durch Kälteeinwirkung fest und hart werden, zu Eis erstarren

Computerübersetzung von Drittern: