Faire passer: französische und niederländische Suchergebnisse gefunden im Interglot Wörterbuch

Übersicht

Französisch nach Niederländisch: mehr Daten

faire passer:
- doorgeven; verder geven; doorsteken; erdoor steken; erdoor halen; overvaren; met een vaartuig overzetten; voorbijlaten
Wiktionary:
- faire passer → doorgeven, doorsteken

Französisch

Detailübersetzungen für faire passer (Französisch) ins Niederländisch

faire passer:

faire passer Verb

faire passer
doorgeven; verder geven
- doorgeven Verb (geef door, geeft door, gaf door, gaven door, doorgegeven)
- verder geven Verb (geef verder, geeft verder, gaf verder, gaven verder, verder gegeven)
faire passer (percer; crever; transpercer; perforer)
doorsteken; erdoor steken
- doorsteken Verb (steek door, steekt door, stak door, staken door, doorgestoken)
- erdoor steken Verb
faire passer (faire passer à travers; en tirer)
erdoor halen
- erdoor halen Verb (haal erdoor, haalt erdoor, haalde erdoor, haalden erdoor, erdoor gehaald)
faire passer (faire traverser)
overvaren; met een vaartuig overzetten
- overvaren Verb (vaar over, vaart over, voer over, voeren over, overgevaren)
- met een vaartuig overzetten Verb
faire passer (laisser passer)
voorbijlaten
- voorbijlaten Verb (laat voorbij, liet voorbij, lieten voorbij, voorbij gelaten)

Übersetzung Matrix für faire passer:

Verb	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
doorgeven	faire passer	colporter; faire circuler; propager; rapporter; remettre; répandre; se faire l'écho de; transmettre
doorsteken	crever; faire passer; percer; perforer; transpercer
erdoor halen	en tirer; faire passer; faire passer à travers
erdoor steken	crever; faire passer; percer; perforer; transpercer
met een vaartuig overzetten	faire passer; faire traverser
overvaren	faire passer; faire traverser
verder geven	faire passer
voorbijlaten	faire passer; laisser passer

Wiktionary Übersetzungen für faire passer:

faire passer

verb

iets wat men ontvangen heeft aan de volgende persoon geven
- doorgeven → faire passer
in / door een opening heen doen
- doorsteken → faire passer; introduire

Computerübersetzung von Drittern:

Detailübersetzungen für faire passer (Niederländisch) ins Französisch

faire passer: ^{(*Wort und Satz getrennt)}

fair: juste; sincère; franchement; franc; honnête; équitable; légitime; honnêtement; loyal; avec raison; de jeu; de bonne foi; fair-play; avec justice; avec équité
passer: compas

Computerübersetzung von Drittern:

Französische und niederländische Suchergebnisse für: faire passer

Detailübersetzungen für faire passer (Französisch) ins Niederländisch

faire passer:

faire passer Verb

faire passer

faire passer (percer; crever; transpercer; perforer)

faire passer (faire passer à travers; en tirer)

faire passer (faire traverser)

faire passer (laisser passer)

Übersetzung Matrix für faire passer:

Wiktionary Übersetzungen für faire passer:

Verwandte Übersetzungen für faire passer

Detailübersetzungen für faire passer (Niederländisch) ins Französisch

faire passer: ^{(*Wort und Satz getrennt)}

Verwandte Übersetzungen für faire passer

Französische und niederländische Suchergebnisse für: faire passer

Detailübersetzungen für faire passer (Französisch) ins Niederländisch

faire passer:

faire passer Verb

faire passer

faire passer (percer; crever; transpercer; perforer)

faire passer (faire passer à travers; en tirer)

faire passer (faire traverser)

faire passer (laisser passer)

Übersetzung Matrix für faire passer:

Wiktionary Übersetzungen für faire passer:

Verwandte Übersetzungen für faire passer

Detailübersetzungen für faire passer (Niederländisch) ins Französisch

faire passer: (*Wort und Satz getrennt)

Verwandte Übersetzungen für faire passer

faire passer: ^{(*Wort und Satz getrennt)}