Französisch
Detailübersetzungen für tenir de (Französisch) ins Niederländisch
tenir de: (*Wort und Satz getrennt)
- tenir: hebben; bezitten; beschikken over; in eigendom hebben; vasthouden; niet laten gaan; opsluiten; isoleren; interneren; gevangen zetten; dragen; volhouden; verdragen; doorstaan; uithouden; harden; verduren; dulden; uitzingen; beethouden; vastzetten; in de cel zetten; vasthebben; beet hebben
- tenir à: hechten aan; blijven bij
- de: van; vanaf; per; uit; weg; vanaf deze plaats; in; te; aan; bij; erbij; erop; van de zijde van
- dé: dobbelsteen; teerling