Französisch
Detailübersetzungen für avoir le coup de foudre (Französisch) ins Niederländisch
avoir le coup de foudre: (*Wort und Satz getrennt)
- avoir: hebben; bezitten; beschikken over; in eigendom hebben; afzetten; bedriegen; oplichten; misleiden; belazeren; bedonderen; besodemieteren; beduvelen; zwendelen; bezit; tegoed; baten; activa; vermogen; geldelijk vermogen; creditnota
- le: de; hem
- lé: voorbaan
- île: eiland
- coup: staatsgreep; coup; putsch; tussendoortje; vluggertje; deuk; duw; por; stootje; duwtje; instulping; knal; kwak; dreun; smak; slag; klap; klop; tik; uithaal; vuistslag; harde slag; toegebrachte klap; jens; trap; schop; slok; dronk; scheutje; teug; voetbeweging; steek; messteek; klokslag; zet; botsing; stoot; hengst; beurse plek; bluts; mep; peut; lel; opdonder; oplawaai; muilpeer; schaakzet; opeen knallen; opduvel; gekke streek; rare streek; schaakstukverplaatsing
- coupé: gesneden; compartiment; coupé; doorgesneden; doorgehakt; doorkliefd; doorgehouwen; in tweeën gehouwen; doorregen; doorwassen
- à-coup: schok; stoot; hort; schokkende beweging
- de: van; vanaf; per; uit; weg; vanaf deze plaats; in; te; aan; bij; erbij; erop; van de zijde van
- dé: dobbelsteen; teerling
- foudre: flits; bliksemslag; bliksemschicht; bliksemflits; bliksem; weerlicht