Übersicht
Englisch nach Niederländisch:   mehr Daten
  1. prefix:
  2. Wiktionary:


Englisch

Detailübersetzungen für prefix (Englisch) ins Niederländisch

prefix:

prefix [the ~] Nomen

  1. the prefix (area code; dialling code)
    het kengetal; kencijfer
  2. the prefix
    het voorvoegsel

Übersetzung Matrix für prefix:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
kencijfer area code; dialling code; prefix
kengetal area code; dialling code; prefix ratio
voorvoegsel prefix

Verwandte Wörter für "prefix":

  • prefixes

Synonyms for "prefix":


Antonyme für "prefix":

  • suffix

Verwandte Definitionen für "prefix":

  1. an affix that is added in front of the word1
  2. attach a prefix to1
    • prefixed words1

Wiktionary Übersetzungen für prefix:

prefix
noun
  1. letters at the beginning of a word
verb
  1. put or fix before, or at the beginning of
  2. set or appoint beforehand
prefix
noun
  1. een gebonden morfeem dat voor een ander woord geplaatst wordt om iets aan de betekenis toe te voegen

Cross Translation:
FromToVia
prefix voorvoegsel PräfixLinguistik: ein Affix, also ein grammatisches Morphem, das vor dem Wortstamm steht
prefix voorvoegsel préfixe — Élément lexical