Home ->Wörterbücher ->Deutsch/Niederländisch ->übersetze weg

übersetze weg von Deutsche ins Niederländisch

Übersicht

Deutsch nach Niederländisch: mehr Daten

weg:
- weg; ertussenuit; er op uit; foetsie; verdwenen; ervandoor; ervantussen; vertrokken; voort
Wiktionary:
- weg → weg

Deutsch

Detailübersetzungen für weg (Deutsch) ins Niederländisch

weg:

weg Adjektiv

weg (hinaus)
weg; ertussenuit; er op uit
- weg adv
- ertussenuit adv
- er op uit Adjektiv
weg (verschwunden; davon)
foetsie; verdwenen
- foetsie adv
- verdwenen Adjektiv
weg
– wat je niet meer kunt vinden ¹
- weg adv
  - ik heb overal gezocht maar mijn pen is weg¹
weg
ervandoor; ervantussen
- ervandoor adv
- ervantussen Adjektiv
weg (weggefahren)
vertrokken
- vertrokken Adjektiv
weg (fort; verschwunden; futsch)
voort
- voort adv

Übersetzung Matrix für weg:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
weg		Bahn; Chaussee; Straße; Strecke; Teilstrecke; Weg
Adverb	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
ertussenuit	hinaus; weg
ervandoor	weg
foetsie	davon; verschwunden; weg
voort	fort; futsch; verschwunden; weg
weg	davon; hinaus; verschwunden; weg	futsch; ksst; vergangen; verloren; verschwunden; von hier
Modifier	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
er op uit	hinaus; weg
ervantussen	weg
verdwenen	davon; verschwunden; weg
vertrokken	weg; weggefahren

Synonyms for "weg":

abhanden gekommen; fort; futsch; perdu; unauffindbar; verloren; verschollen; verschwunden; verschütt gegangen; wie weggeblasen
absent; abwesend; nicht da
fern; Fern...

Wiktionary Übersetzungen für weg:

Cross Translation:

From	To	Via
• weg	→ weg	↔ off — in a direction away from the speaker or object

Verwandte Übersetzungen für weg

¹Muiswerk Woordenboek