Übersicht
Deutsch nach Niederländisch: mehr Daten
-
Süßkartoffel:
-
Wiktionary:
Süßkartoffel → zoete aardappel, bataat
-
Wiktionary:
Deutsch
Detailübersetzungen für Süßkartoffel (Deutsch) ins Niederländisch
Süßkartoffel: (*Wort und Satz getrennt)
- süß: lief; schattig; enig; allerliefst; vertederend; snoezig; dottig; zoet; gesuikerd; mooi; knap; fraai; attractief; goed ogend; welgevallig; zoetsmakend; leuk; sympathiek; liefelijk; bevallig; aardig; vriendelijk; aangenaam; behulpzaam; voorkomend; plezierig; attent; hulpvaardig; zachtaardig; goedaardig; goedhartig; zoetig; zoetsappig; beeldig
- Kartoffel: aardappel; patat; pieper
Spelling Suggestions for: Süßkartoffel
Wiktionary Übersetzungen für Süßkartoffel:
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • Süßkartoffel | → zoete aardappel; bataat | ↔ sweet potato — tuber |
| • Süßkartoffel | → zoete aardappel | ↔ patate douce — botan|nocat=1 plante volubile cultiver pour ses tubercules comestibles. |
Computerübersetzung von Drittern: