Übersicht
Deutsch nach Niederländisch: mehr Daten
-
Passagierdampfer:
-
Wiktionary:
Passagierdampfer → cruiseschip
-
Wiktionary:
Deutsch
Detailübersetzungen für Passagierdampfer (Deutsch) ins Niederländisch
Passagierdampfer: (*Wort und Satz getrennt)
- Passagier: reiziger; passagier; inzittende; opvarende
- Dampfer: schepen; boten; stoomboot; vaartuigen; schuiten; stoomschip; schuitjes; stoomboten; stoomschepen
- Dämpfer: demper; geluiddemper; knaldemper; klankdemper; sourdine; dempers; geluiddempers; knaldempers; dompers; kaarsendovers; klankdempers; sourdines
Wiktionary Übersetzungen für Passagierdampfer:
Passagierdampfer
noun
-
een passagierschip dat gebouwd en uitgerust wordt om er cruises mee te maken.