Vorwegnehmen: deutsche und niederländische Suchergebnisse gefunden im Interglot Wörterbuch

Übersicht

Deutsch nach Niederländisch: mehr Daten

vorwegnehmen:
- anticiperen; vooruitlopen op; vooruitkijken
Wiktionary:
- vorwegnehmen → anticiperen, prejudiciëren, vooruitlopen, vooruitlopen op

Deutsch

Detailübersetzungen für vorwegnehmen (Deutsch) ins Niederländisch

vorwegnehmen (antizipieren)
anticiperen; vooruitlopen op; vooruitkijken
- anticiperen Verb (anticipeer, anticipeert, anticipeerde, anticipeerden, geanticipeerd)
- vooruitlopen op Verb
- vooruitkijken Verb (kijk vooruit, kijkt vooruit, keek vooruit, keken vooruit, vooruit gekeken)

Cross Translation:

From	To	Via
• vorwegnehmen	→ anticiperen; prejudiciëren; vooruitlopen; vooruitlopen op	↔ anticiper — devancer.