Deutsch
Detailübersetzungen für Staatswesen (Deutsch) ins Niederländisch
Staatswesen: (*Wort und Satz getrennt)
- Staat: staat; land; rijk; natie; overheid; autoriteiten; openbaar gezag; rijksbestuur
- Wesen: persoon; mens; wezen; individu; sterveling; iemand; mensenkind; personage; figuur; natuur; karakter; aard; mentaliteit; inslag; geaardheid; gemoed; inborst; midden; kern; essentie; temperament; gemoedsgesteldheid; gemoedsaard