Home ->Wörterbücher ->Deutsch/Niederländisch ->Suche: kardieren

Deutsche und niederländische Suchergebnisse für: kardieren

Übersicht

Deutsch nach Niederländisch: mehr Daten

kardieren:
- Wiktionary:
  kardieren → kaarden

Deutsch

Suggestions for kardieren in Deutsch

Spelling Suggestions for: kardieren

kartieren; kandieren; kodieren; kassieren; kapieren; kampieren; kurieren; kreieren; kremieren; krepieren

Wiktionary Übersetzungen für kardieren:

kardieren

verb

het behandelen van ruwe katoen of wol met behulp van een kaard
- kaarden → kardieren

Computerübersetzung von Drittern:

Niederländisch

Detailübersetzungen für kardieren (Niederländisch) ins Deutsch

kardieren: ^{(*Wort und Satz getrennt)}

kar: Auto; Fahrzeug; Wagen; Personenwagen; Schüssel; Gefährt; Karren; Karre; Handwagen; Fuhrwerk; Zugmaschine; Vehikel
dieren: Tiere; Getier
dier: Tier; Vieh; Getier
karren: fahren; schieben; karren; steuern; lenken

Spelling Suggestions for: kardieren

kwartieren; karteren; kaderen; kieren; klavieren; karden; karren; klieren; kardinalen; kamperen

Computerübersetzung von Drittern: