Deutsch
Detailübersetzungen für Dickhäuter (Deutsch) ins Niederländisch
Dickhäuter: (*Wort und Satz getrennt)
- dick: dik; gezet; zwaarlijvig; lijvig; corpulent; vet; zwaar van lijf; zwaar; robuust; fors; massief; struis; potig; zwaargebouwd; uitgewerkt; in details; grof; plat; omvangrijk; lomp; banaal; triviaal; volumineus; vunzig; schunnig; platvloers; moddervet; laag-bij-de-grond
- Hüter: wakker; die wakker is; wacht; wachter; schildwacht
Spelling Suggestions for: Dickhäuter
Dickhäuter:
Synonyms for "Dickhäuter":
Computerübersetzung von Drittern: