Übersicht
Deutsch nach Niederländisch: mehr Daten
-
Lastschrift:
-
Wiktionary:
Lastschrift → afschrijving
Lastschrift → debet, debetzijde
-
Wiktionary:
Deutsch
Detailübersetzungen für Lastschrift (Deutsch) ins Niederländisch
Lastschrift: (*Wort und Satz getrennt)
- Last: last; gevoelslast; probleem; moeilijkheid; penarie; druk; oplage; uitgave; kruis; draaglast; kruisvorm; lading; vracht; narigheid; cargo; trammelant; gelazer; lasten van een lastdier
- Schrift: schrift; cahier; lettertype; lettersoort
- lesen: lezen; bestuderen; verzamelen; plukken; oogsten; bijeen lezen
Wiktionary Übersetzungen für Lastschrift:
Lastschrift
Cross Translation:
noun
-
een mededeling dat een bedrag op een rekening verrekend is
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Lastschrift | → debet; debetzijde | ↔ débit — vente continue, répéter, surtout au détail. |
Niederländisch