Übersicht
Deutsch nach Niederländisch: mehr Daten
-
ausersehen:
-
Wiktionary:
ausersehen → bestemmen, uittrekken -
Synonyms for "ausersehen":
auserlesen; auserwählt; ausgesucht; ausgewählt; erlesen; erwählt; exklusiv; exquisit; gewählt
-
Wiktionary:
Deutsch
Detailübersetzungen für ausersehen (Deutsch) ins Niederländisch
ausersehen: (*Wort und Satz getrennt)
- außer: naast; behalve; ongeacht; buiten; zonder
- sehen: zien; kijken; onderscheiden; bekijken; opmerken; staren; aanschouwen; turen; ontwaren; horen; signaleren; observeren; gadeslaan; voelen; merken; waarnemen; bemerken; bespeuren; gewaarworden; aanzien; aankijken; aanblikken; bezichtigen; bezien; toekijken
- äußer: buitenlands; uit een vreemd land
ausersehen:
Synonyms for "ausersehen":
Wiktionary Übersetzungen für ausersehen:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• ausersehen | → bestemmen; uittrekken | ↔ destiner — Traductions à trier suivant le sens |