Deutsch
Detailübersetzungen für Großregion (Deutsch) ins Niederländisch
Großregion: (*Wort und Satz getrennt)
- groß: groot; grootschalig; reuze; uitgebreid; uitvoerig; omstandig; ampel; breedvoerig; groots; weids; stevig; flink; fors; potig; gigantisch; immens; reusachtig; zeer groot; kolossaal; enorm; heel erg; uitgewerkt; in details; in zeer hoge mate; rijzig; lang; drievoudig; driedubbel; driemaal zo groot
- Region: gebied; provincie; gewest; rayon; ressort; regio; streek; rechtsgebied; rijksonderdeel; terrein; zone; gordel; territorium; gebiedsdeel; rayon van een bedrijf