Übersicht
Deutsch nach Niederländisch: mehr Daten
-
Gerade (Linie):
-
Wiktionary:
Gerade (Linie) → rechte
-
Wiktionary:
Deutsch
Detailübersetzungen für Gerade (Linie) (Deutsch) ins Niederländisch
Gerade (Linie): (*Wort und Satz getrennt)
- Gerade: rimpel; gezichtsrimpel
- gerade: pas; net; juist; zojuist; daarnet; zonet; nog maar pas; sluik; glad neerliggend; zopas; op het moment; staand; rechtop; overeind; zoëven; precies; open; nauwkeurig; accuraat; nauwgezet; secuur; frank; nauwlettend; rechttoe; streng; strikt; stringent; onvermurwbaar; lineair; eerlijk; oprecht; rechtschapen; rechtaan
- Linie: streep; linie; lijn; schreef; streepje; lijntje; rij; gelid; begin-steepje
Wiktionary Übersetzungen für Gerade (Linie):
Gerade (Linie)
noun
-
een rechte lijn