Deutsch
Detailübersetzungen für Industriehalle (Deutsch) ins Niederländisch
Industriehalle: (*Wort und Satz getrennt)
- Industrie: industrie; tak van nijverheid; fabriek; activiteit; arbeid; bezigheid; werkzaamheid; bedrijvigheid
- Halle: hal; entreehal; zaal; grote kamer; entree; portaal; voorportaal; vestibule; salon; ontvangstruimte; receptiekamer; vertrekken; kamer; vertrek; ruimte in een gebouw; voorhuis; voorhal; narthex; veilinghal; veilingzaal; veilinglokaal; veilingslokaal