Übersicht
Deutsch nach Niederländisch: mehr Daten
- betreffen:
-
Wiktionary:
- betreffend → onderhavig
- betreffen → aangaan, betreffen
Niederländisch nach Deutsch: mehr Daten
Deutsch
Detailübersetzungen für betreffend (Deutsch) ins Niederländisch
betreffend:
Synonyms for "betreffend":
Wiktionary Übersetzungen für betreffend:
betreffend
adverb
-
sich auf etwas beziehend, meinen, zutreffend
- betreffend → onderhavig
betreffen:
Konjugationen für betreffen:
Präsens
- betreffe
- betriffst
- betrifft
- betreffen
- betrefft
- betreffen
Imperfekt
- betraf
- betrafst
- betraf
- betrafen
- betraft
- betrafen
Perfekt
- habe betroffen
- hast betroffen
- hat betroffen
- haben betroffen
- habt betroffen
- haben betroffen
1. Konjunktiv [1]
- betreffe
- betreffest
- betreffe
- betreffen
- betreffet
- betreffen
2. Konjunktiv
- beträfe
- beträfst
- beträfe
- beträfen
- beträft
- beträfen
Futur 1
- werde betreffen
- wirst betreffen
- wird betreffen
- werden betreffen
- werdet betreffen
- werden betreffen
1. Konjunktiv [2]
- würde betreffen
- würdest betreffen
- würde betreffen
- würden betreffen
- würdet betreffen
- würden betreffen
Diverses
- betreff!
- betrefft!
- betreffen Sie!
- betroffen
- betreffend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie
Übersetzung Matrix für betreffen:
Synonyms for "betreffen":
Verwandte Übersetzungen für betreffend
Niederländisch
Detailübersetzungen für betreffend (Niederländisch) ins Deutsch
betreffend:
-
betreffend (met betrekking tot)
Übersetzung Matrix für betreffend:
Modifier | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
bezüglich | betreffend; met betrekking tot | aangaande; omtrent |
betreffend form of betreffen:
Konjugationen für betreffen:
o.t.t.
- betref
- betreft
- betreft
- betreffen
- betreffen
- betreffen
o.v.t.
- betrof
- betrof
- betrof
- betroffen
- betroffen
- betroffen
v.t.t.
- heb betroffen
- hebt betroffen
- heeft betroffen
- hebben betroffen
- hebben betroffen
- hebben betroffen
v.v.t.
- had betroffen
- had betroffen
- had betroffen
- hadden betroffen
- hadden betroffen
- hadden betroffen
o.t.t.t.
- zal betreffen
- zult betreffen
- zal betreffen
- zullen betreffen
- zullen betreffen
- zullen betreffen
o.v.t.t.
- zou betreffen
- zou betreffen
- zou betreffen
- zouden betreffen
- zouden betreffen
- zouden betreffen
diversen
- betref!
- betreft!
- betroffen
- betreffend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze